maandag 15 januari 2024

NAPOLEON EN DIEREN

 Niet vaak vind je iets over Napoleon en de dieren.
Bekend is dat hij vele paarden heeft gehad met enkele favorieten zoals Vizir en Moscou.
 
Maar hoe stond hij tegenover katten en honden?
Onderstaand artikel handelt hier over.

Deze keer presenteer ik het eens anders!
Ik heb een foto van de pagina's gemaakt met alle tekst en plaatjes precies zoals het is gemaakt. Het artikel is afkomstig van het eenmalige tijdschrift NAPOLEON, NEDERLAND 1811-2011. Het zijn eigenlijk zes tijdschriften in het Nederlands, die zijn uitgegeven in 2011.
Ook ikzelf heb er een artikel in geplaatst. Dat zal ik ook op dit weblog gaan plaatsen.

Nu eerst het artikel: Bang voor katten, Dol op paarden.
Enkele extra afbeelding komen uit het blad Napoléon 1er no.60, dec. 2011.

Om de tekst te kunnen lezen moet je het volgende doen:
WINDOWS 10 of 11:

1. klik met de rechter muistoets op het plaatje. Dit wordt nu vergroot.
2. klik nu met de linker muistoets op het plaatje.
3. 
er verschijnt een menu 
4. klik op Afbeelding bewerken
5. scroll met het muiswiel om de tekst te vergroten
6. je kunt nu het leesraam groter maken en/of verschuiven
7. sluit af met een tik op de Escape-toets

APPLE of ANDROID-TABLET:
1. tik op de afbeelding. Deze wordt nu groter
2. vergroot met je vingers de afbeelding totdat je die goed kunt lezen.

       

                                        


Nog iets uit deze tijd:

                                

Opgezet paard Vizir van Napoleon gered dankzij inzameling

Door ANP   23 mei 2016 om 18:55


Het paard Vizir van Napoleon wordt dankzij een inzameling gered. Er was 15.000 euro nodig om Vizir voor de ondergang te behoeden en dit bedrag is al bijna ingezameld, meldde maandag de krant Le Parisien.

Het laatste paard van Napoleon Bonaparte (1769-1821) is opgezet en staat nu in het Legermuseum, vrijwel naast de laatste rustplaats van Napoleon in het Parijse complex dat Hôtel National des Invalides heet.

Het museum heeft het publiek gevraagd bij te dragen aan het behoud van Vizir en dat is volgens de krant gelukt. Het paard wordt opgeknapt en krijgt een nieuwe vitrine waarin de temperatuur en het vochtgehalte permanent kan worden gecontroleerd en beheerst.

Dat garandeert het voorbestaan van het paard.


(svp. geef mij even aan of de korte handleiding goed werkt op jouw computer!)

woensdag 10 januari 2024

DESCRIPTIONS de l'ÉGYPTE

    

Teylers museum van binnen

Enkele jaren geleden bezocht ik het Teylers musem in Haarlem.

Napoleon Bonaparte heeft dit museum bezocht in november 1811 tijdens zijn rondreis in Holland. Hij was er al om 08.00u. 's ochtends!

Mijn bezoek betrof, naast een interessant kastje met eigendommen van Boudewijn Büch, waaronder botjes van een dodo, een kastje met boeken over Egypte.
Dit kastje bevat drieëntwintig delen met voornamelijk afbeeldingen, gemaakt tijdens de verovering van Egypte rond 1798. Het betreft hier allerlei platen in zwart-wit (een enkele in kleur) omtrent de oudheid van Egypte. Er hebben veel geleerden aan meegewerkt. Het totale werk inclusief kastje is uitgegeven van 1809-1828. Je moest je er voor inschrijven. Er zijn duizend exemplaren van gedrukt. Of er ook duizend kastjes bij zijn gemaakt, dat weet ik niet.
Dit werk heeft geleid tot de opbloei van de Egyptologie in Europa!

Zo'n complete set is razend duur: het hierbij gevoegde en door mij vertaalde artikel gaat over de veiling van zoiets in 2011. De opbrengst is ruim 1 miljoen Euro!

 Het artikel uit NAPOLÉON 1er no.61. aug-sept-okt.2011:



                                            


DE VERTALING:

Geveild op 18 mei 2011 bij Christie’s te Parijs:

een zeldzaam exemplaar van een monumentaal werk van de Imprimerie Impériale:

Een omvangrijke originele uitgave in haar originele kast bewaard, de beroemde

DESCRIPTION de l’Égypte

Door: Karine Huguenaud – verantwoordelijk voor de collecties van Fondation Napoléon

   Een van de laatste beslissingen van generaal Bonaparte tijdens de campagne in Egypte was het opstellen van een systematische inventaris van antiquiteiten en deze taak werd bij decreet van 13 augustus 1799 toevertrouwd aan de Commissie van Wetenschappen en Kunsten. Als resultaat van dit werk, gecoördineerd door het Instituut voor Wetenschappen Egypte, dat de basis legde voor de egyptologie in de 19e eeuw en alle wonderen van het land van de farao's onthulde, heeft deze commissie zeker bijgedragen aan de bekendheid van de expeditie en de militaire campagne. Wetenschappers, kunstenaars, architecten en ingenieurs verzamelden wat aanleiding zou geven tot de eerste wetenschappelijke studie van het oude en moderne Egypte, gepubliceerd onder de titel ‘Beschrijving van Egypte of Verzameling van observaties en onderzoek, die in Egypte werden gedaan tijdens de expeditie van het Franse leger uitgegeven op bevel van Zijne Majesteit Keizer Napoleon de Grote’. Om te voorkomen dat wetenschappers hun werk en de resultaten van hun onderzoek individueel zouden publiceren - had Vivant Denon in 1802 niet de weg vrijgemaakt met zijn ‘Reis naar Beneden- en Opper-Egypte tijdens de campagnes van generaal Bonaparte ‘,  met doorslaand succes? - richtte de regering snel de Egyptische Commissie op, bestaande uit acht leden en verantwoordelijk voor de uitvoering van het monumentale werk. Vanwege de complexiteit van de operatie en de vertraging van de auteurs, werd de publicatie door de keizerlijke drukkerij van dit kolossale werk kennis gedaan in 1809 - het eerste deel was gewijd aan antiquiteiten tot 1813 en werd vervolgens voortgezet door de 'Koninklijke drukkerij' van 1818 tot 1828. De inschrijvers waren uiteindelijk eigenaar van het gehele werk, waarvan 1000 exemplaren werden gedrukt.
Die werden als volgt onderverdeeld:
6 delen Antiquités,
10 delen d’État moderne,
6 delen d’Histoire naturelle,
een atlas historique.
‘De beschrijving van Egypte’ was fascinerend en een tweede editie werd gepubliceerd door Charles Panckouke tijdens de Restauratie.

 Een meubelstuk - uitzonderlijke collectie

Het is gemakkelijk om dit enthousiasme te begrijpen met betrekking tot de pracht van het exemplaar, dat Christie's op 18 mei 2011 aanbood: 23 delen in-folio en in-plano, geïllustreerd met 900 platen, gebonden in glanzend kalfsleer door Jean-Joseph Tessier en bewaard gebleven in het originele meubel van mahonie en mahonie fineer, versierd met beroemde gebeitelde en vergulde bronzen lijsten. Dit meubelstuk, speciaal ontworpen door meubelmaker Morel om het raadplegen van platen en atlassen te vergemakkelijken, zou zijn geïnspireerd door de tempel van Dendérah, die vooral de geleerden met van de Expeditie met verwondering begeesterde. Het presenteert in het bovenste gedeelte een bureau afgezet met roodbruin marokijn omzoomd met een gouden ornament, Egyptische motieven identiek aan die van de banden, de voorkant met twee deurtjes onthult elf uittrekbare planken voor het behoud van volumes: 9 volumes tekst in-folio (40 x 26,3 cm), 11 delen in jésus-formaat (70,5 x 53,6 cm) en in 3 volumes in grand aigleformaat (107,3 ​​x 6,91 cm).

Dit schitterende ensemble behoorde toe aan Jean-Joseph Courvoisier (1775-1835). Courvoisier, gedeputeerde van Doubs van 1816 tot 1824, procureur-generaal van Lyon in 1818. Hij werd op 8 augustus 1829 benoemd tot minister van Justitie op het ministerie van Polignac en na deze benoeming bood Charles dit exemplaar van de ‘Beschrijving van Egypte’ aan. Een circulaire van de commissie die belast is met de verkoop van het werk, ondertekend door Jomard en gedateerd 3 september 1829, is bij dit exemplaar gevoegd. Geschat tussen € 500.000 en € 700.000, werd het verkocht voor € 1.095.400, inclusief kosten.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nu zijn er gelukkig goedkopere exemplaren. 
In Duitsland is in 2007 een complete herdruk uitgebracht van alle delen, maar dan in één pocketboek van 751 pagina. Dat is goed te betalen. Het heeft een voorwoord in het Frans, Engels, Duits en Japans. Zie hieronder voor een paar afbeeldingen.

     

                                     

La “Description de l'Égypte” dans ses meubles


Meuble conçu par l'ébéniste parisien Charles Morel, réalisé sur les plans d'Edme François Jomard 

pour le rangement des volumes de la "Description de l'Égypte"


Faisant suite à l'Expédition française menée par Bonaparte sur les rives du Nil (19 mai 1798 - 31 août 1801), à laquelle ont été associés de nombreux savants, la "Description de l'Égypte" est publiée de 1809 à 1826. Un événement éditorial important, pour un ouvrage monumental...

 La "Description de l'Égypte, ou Recueil des observations et des recherches qui ont été faites en Égypte pendant l'expédition de l'Armée française" comporte dix volumes de textes et treize de planches, le volume d'Atlas géographiques de 53 planches méritant à lui seul sa qualification de "très grand format", puisqu’il mesure 1,10 m sur 0,72 m.


Les plans de Jomard

D’où la nécessité pour les heureux bénéficiaires, afin de ranger cet ouvrage "pharaonique", d’un meuble approprié. Edme François Jomard est chargé de concevoir le projet d'un meuble… "retour d'Égypte" comme il se doit ! La réalisation en est confiée à l'ébéniste parisien Charles Morel. 

 Le meuble mesure 1220 mm de hauteur, 1465 mm de largeur et 840 mm de profondeur. Sa forme s'inspire d’édifices égyptiens. Il comporte deux pilastres à chapiteau hathorique et un entablement, juste sous le plateau, orné de l'uraeus. Le plateau peut être basculé et se transforme en lutrin adapté aux dimensions des volumes. Deux vantaux ajourés laissent apparaître les tablettes munies de roulettes sur lesquelles les volumes reposent à plat.

 "Ce meuble en acajou et placage d’acajou, le dessus à plateau basculant à la Tronchin, est muni de deux lutrins adaptés aux dimensions des planches et gravures qui se fixent sur le plateau par un axe métallique. Il est composé d’un tiroir et de deux vantaux ; le tiroir démasque un bureau à quatre casiers ; derrière les vantaux apparaissent 14 rayonnages à roulettes. Le meuble est décoré de frises sculptés par Danton aux motifs de papyrus, cobras, bâtons liés, colonnes serpentines à chapiteaux de masques nubiens, de cartouches ailées aux armes du royaume d’Égypte. Jacob conçut aussi un meuble spécial en acajou et bronzes dorés, pour contenir cette 'œuvre digne de la grande Encyclopédie du siècle des Lumières'." (description citée par Bertrand Galimard Flavigny) 

              
Morel réalise plusieurs exemplaires de ce meuble, dont au moins six sont aujourd'hui connus. Les plus précieux sont en acajou et placage d'acajou. L'ébéniste a également réalisé des variantes moins luxueuses en bois fruitier ou plaqués d'amarante.


Un exemplaire original en noyer se trouve au Palais du Luxembourg, dans la bibliothèque du Sénat ; il a été offert par le roi Louis-Philippe à la Chambre des Pairs. Un autre se trouve dans la bibliothèque de l'Assemblée Nationale. Un troisième a appartenu à Clot Bey, auquel il a sans doute été offert par Louis-Philippe.

Une variante du meuble existe dans la Bibliothèque municipale de Niort. Il a été réalisé, vraisemblablement en 1819-1820, par l’ingénieur Mathieu Dard, dit Thénadey, qui ne s’est inspiré du projet de Jomard que pour quelques motifs égyptiens, notamment la figure d’Hathor prise du Temple de Dendérah et la frise centrale du temple de Médinet-Habou.

Les dimensions du meuble sont imposantes (L 290 x l 153 x H 110), soit un tiers plus grandes que celles du “meuble de Jomard”. Tout en merisier massif, il présente un volume légèrement trapézoïdal.

 

D’un modèle à l’autre, les savants de l’Expédition d’Égypte eurent, au service des acquis de leurs découvertes, des meubles d'un beau volume pour leurs beaux volumes… et des bois précieux pour leurs planches non moins précieuses.

 Marc Chartier.  Publié il y a 11th September 2014 par Marie Grillot


Tenslotte een overzicht (in het Frans) van de Descriptions

                                                                 https://www.roelkvos.nl/napegypte/Descriptions 02.pdf


vrijdag 5 januari 2024

HET GEBOORTEHUIS VAN JOSÉPHINE DE BEAUHARNAIS

 


Eerst een levensbeschrijving van       JOSÉPHINE


In de loop der tijd is er veel aandacht besteed aan de geboortestad (Ajaccio) en het geboortehuis van Napoleon.
Heel weinig horen we over het geboortehuis van zijn eerste echtgenote Joséphine.
Over haar huis gaat dit artikel, geschreven door Marion Erkilète.
Het artikel beschrijft de schoonheid van deze plek.
Het ligt op het eiland Martinique.

Helaas ben ik er zelf nooit geweest.



Napoléon 1er, no.62
nov-dec-jan 2012

                  


VERTALING:

NAPOLEONISCHE MUSEA

 Het domein de la Pagerie

 In de voetsporen van Joséphine

 We weten dat de toekomstige keizerin op Martinique woonde op het Domaine de la Pagerie, een suikerrietplantage. Bezoek de plek, of in ieder geval wat ervan overbleef, verandert in een museum.

                     

In het zuiden van het eiland trekt de auto het tropische bos. Dan glijdt het asfalt onder onze wielen vandaan en maakt plaats voor een ouderwetse verharde weg, die het voertuig dwingt om te vertragen onder de hobbels. De magie wekt door deze traagheid meteen de indruk dat je in een paardenkoets naar de Pagerie gaat e Slechts het geluid van de hoeven ontbreekt. Hogerop maken de ruïnes van een suikerfabriek uit de 16e eeuw bekend dat we zijn gearriveerd. Een majestueuze reizigersboom ontvouwt zijn takken alsof hij ons wil verwelkomen. Op een van de muren die nog overeind staan, is een plaquette aangebracht ter ere van Doctor Rose-Rosette, stichter en redder van het domein. 

Een hemelse plek

 Het bezoek begint. U komt binnen in een rustruimte met een elegant kegelvormig dak, gebouwd op de plaats van de oude suikerrietmolen. We verwachten dan een typisch koloniaal plantershuis te ontdekken. Helaas, het enige dat overblijft is de basis op een groot, onberispelijk onderhouden gazon, bezaaid met tropische bomen aan de zijkanten. In 1766 verwoestte een cycloon het woonhuis en kon het gezin dat door geldgebrek niet herbouwen. het zocht haar toevlucht op de bovenverdieping van de suikerfabriek. Hier groeide  Joséphine op in het onophoudelijke lawaai van de machines en de hitte van de vuren.

                                     

Vóór de fundamenten van steen een klein huisje, dat met zijn hoge vierkante schoorsteen lijkt op het huis van Blanche Neige, verborgen achter een weelderig groeiende bougainville. Het was de keuken.  Omgebouwd tot museum zien we Napoleontische souvenirs zoals gravures, schilderijen, juwelen, schilderijen, sieraden of facsimile's van brieven - geduldig verzameld door Doctor Rose. In het midden staat het mahoniehouten kinderbed van Joséphine.
In dit idyllische plaatje herinnert één enkele schaduw ons eraan dat slavernij werd uitgeoefend: in het park gaf een stenen paal aan de slaaf de grens aan, die hij niet mocht overschrijden om elke verleiding te vermijden om uit de keuken of in huis te stelen. Deze palen (er is er nog maar één bij de Pagerie) hebben een naam: "de negerstop"! Er werden tot wel driehonderd slaven ingezet, die een strikte hiërarchie gehoorzaamden, ook al wordt hier gezegd dat hun relaties met de meesters sereen waren.
Vandaag hopen we dat de zielen van een en de ander naar deze paradijselijke plek zullen komen, bezield door een nieuwe conservatieve ploeg, betrokken bij de dynamische promotie van het museum op toeristisch niveau en bij een project voor de verwerving van historische souvenirs.